Dat klinkt goed… Jeffrey!

‘Dat klinkt goed! In dit item gaan we in op alles wat met muziek en muzikaliteit te maken heeft binnen Klink-Nijland. Van blues event tot piratenmuziek en van carnaval tot rock&roll. Klink-Nijland ademt muziek! Hoe? Dat gaan we in deze serie ontdekken, waar we een aantal keer per jaar dieper in gaan op de muzikaliteit binnen Klink-Nijland. Deze keer over gabber en hardstyle, waar we Jeffrey Pennings spreken die hier helemaal in op kan gaan. We zochten hem op tijdens een project in Enschede.

Piraten winnen het van de gabbers op de bouwradio van Klink-Nijland

Jeffrey Pennings is voor de duvel niet bang. Met zijn muts van Heracles trots op het hoofd is hij deze dag aan het werk om de straten in hartje Enschede een beetje mooier te maken. Je moet maar durven. Na dit gesprek kunnen we constateren dat ‘als Jeffrey ergens voor gaat, dat hij er ook echt volle bak voor gaat’. Dat geldt voor de wijze waarop hij de wedstrijden van ‘zijn’ Heracles beleeft, zijn voorliefde voor gabbermuziek en ja, gelukkig voor de werkgever, toch ook voor zijn werk bij Klink-Nijland.

Gespreksstof genoeg dus, maar we beperken ons tot zijn muzikale voorkeur. Dat zat er al vanaf zijn kinderjaren in, zo blijkt uit het verhaal. “Ik ben opgegroeid in Nijverdal. Daar deed mijn moeder vrijwilligerswerk in een wijkgebouw. Daar hoorde ik de gabbermuziek voor het eerst en ik was meteen verkocht. Hoe oud ik was? Ik denk 8, 9 jaar. Het werd zelfs de muziek waarmee ik in slaap viel.” Ik ken de periode, de muziek en hoewel ik zelf ook over het kale bolletje beschik dat typerend is voor het wereldje kijk ik Jeffrey toch aan met een blik van ‘in slaap vallen op gabbermuziek, hoe dan?’ Hij schiet spontaan in de lach, want de herkenning is groot. “De melodie gaf me de rust om in slaap te komen. Maar, ik snap je hoor, want mijn vader noemde het ook altijd wasdrogermuziek, ha ha.”

Gulden middenweg

In zijn jaren als tiener en twintiger ging de Almeloër helemaal op in de gabberscene. “Compleet met trainingspakkies van Australian en”, ontdoet hij zich voor even van zijn geliefde Heracles-muts, “nu zit hier een redelijke haardos, maar net als in de jaren ’90 had ik een kale kop. Dat deed je gewoon, het hoort bij de cultuur.”
Inmiddels heeft hij een jong gezin en dat zorgt er voor dat de Tukker zijn wilde haren enigszins heeft verloren. Maar de voorliefde voor deze muziekstijl, daar is niets aan veranderd. “Als ik alleen in de auto zit, gaat het nog steeds lekker hard. Het is wel een soort van mijn fundament. Hoe harder hoe beter.”
Bij Klink-Nijland vindt hij zeker gelijkgestemden die deze muziek en ook de hardcore wel kunnen waarderen, maar het is duidelijk dat ze de minderheid vormen. Dus, als je in de buurt van de stratenmakers van het Raalter infrabedrijf komt, klinkt 9 van de 10 keer het geluid van de geheime zender. En die ene uitzondering? “Dan wordt het Qmusic”, geeft Jeffrey aan met de collega’s een soort van gulden middenweg te hebben gevonden.

‘Way of life’

Hij mag dan geen hardcore gabber meer zijn, in het diepst van zijn ziel omarmt hij het wereldje nog wel. “Het is een ‘way of life’. Wat me aantrekt, is vooral ook dat je je niet aanpast aan wat de buitenwereld vindt en doet. Dat we dan een uitzondering in de samenleving zijn, het zij zo”, stelt onze stratenmaker die de verhalen rondom gabbers natuurlijk wel kent. De kale koppen worden in combinatie met de muziek vaak gelinkt aan racisme. Natuurlijk zijn er uitwassen, maar racisme is voor Jeffrey echt een ver-van-mijn-bed-show. “Man, ik heb daar helemaal niets mee en ik bewijs zelfs het tegendeel. Mijn hele vriendengroep is multicultureel en bestaat uit meerdere nationaliteiten.”
Zo fanatiek als hij kan zijn bij de wedstrijden van Heracles of wanneer hij toch nog een gabberfestivalletje bezoekt, zo strijdlustig en gepassioneerd is hij ook in zijn werk als stratenmaker. En dat terwijl hij eigenlijk voorbestemd leek om in tuinen te werken. “Ik liep zelfs stage, maar het wilde allemaal niet zo goed lukken. Zo kwam ik in de infrawereld terecht en toen ik een collega over Klink-Nijland hoorde praten, besloot ik de stoute schoenen aan te trekken. Tijdens de tweede schaft op een vrijdag heb ik gebeld en ze vroegen me wanneer ik kon beginnen. Ik zei ‘direct’.
De rest is geschiedenis zullen we maar zeggen. Sinds 2018 staat Jeffrey Pennings dus op de loonlijst van Klink-Nijland en sinds 2019 met een vast contract. Het stratenmaken kan hem zeker bekoren, maar hij durft de lat ook hoger te leggen. “Ik volg een opleiding tot opperman. Elke twee weken een zaterdag naar school. Ja, ook daarin ben ik fanatiek”, beaamt hij lachend.